Recensie: ‘BH’ van MC

Waarschijnlijk is Beperkt Houdbaar van Sunny Bergman uit 2007 de meest effectieve horrorfilm van de laatste jaren. Niet alleen toonde de Nederlandse documentairemaakster onsmakelijke beelden van schaamlipoperaties, maar ze onderwierp zichzelf aan de vernederende blik van moderedacteuren, fotobewerkers en plastisch chirurgen: de poortwachters van het vrouwelijk schoonheidsideaal. Schokkendst was de jonge zwarte dokter die Bergman tussen haar gespreide benen voorrekent wat ze allemaal nodig heeft aan vaginacorrecties. “You need the full works, dear.”

Het fragment is te  zien aan het begin van de voorstelling BH van het multiculturele productiehuis MC. Artistiek leider Marjorie Boston en schrijfster Mariëlle van Sauers maakten naar aanleiding van Bergman’s documentaire een voorstelling met zes vrouwen -van de jonge witte Marit van Bohemen tot de oude zwarte Jetty Mathurin- over schoonheid en het lichaam.

Dat lijkt een recept voor verbitterd gezeur, maar nee, het levert fris, onbeschaamd en opvallend teder theater op. En ook geestig; Mathurins commentaar op het filmfragment: “Die man is de wraak voor alle zwarte mannen die gelynchd werden omdat ze een witte vrouw ook maar aankeken. Hij smeert ze een Playboy-doos aan en gaat met z’n verdiende geld op de Bahama’s zitten om zich een cocktail te laten serveren door vrouwen met schaamlippen tot op hun knieën.”

De zes vrouwen bewegen zich in een lichte ruimte met wit meubilair, een ziekenhuisbed, een koelkast en een aantal televisies. Waarschijnlijk zijn het patiënten die moeten genezen van hun verstoorde vrouwbeeld. Ze zingen, dansen, nemen elkaar de maat –zelfs de mooie blonde televisiester Van Bohemen blijkt flubberende bovenarmen te hebben-, spreken een overlijdensbericht voor hun taille, paaldansen en hebben genante gesprekjes met het publiek over wat mensen aan zichzelf willen veranderen en waar ze zich allemaal scheren. De vrouwen hebben beige corrigerend ondergoed aan met daaronder crocs of Ugg sloffen en dragen geen make-up.

Toch blijft er balans tussen gene en waardigheid. Waar de jonge meiden nog paraderen met hun lichamen en de 52-jarige Bo Bojoh alles in het werk stelt om er jonger uit te zien –“ Als je ouder wordt, gewoon heel verbaasd kijken: 10 jaar eraf”- is de nuchtere en wijze Mathurin het hart vande voorstelling. Ze verteld over de kinderen die ze gebaard en gezoogd heeft en dat alle tekenen van verval haar dierbaar zijn. In een onvoorstelbaar delicaat moment voelt een jonge speelster aandacht aan haar vermoeide borsten om zich daarna tegen haar boezem te vleien.

Zo wordt BH een college in kijken naar normale vrouwen, dat en passant  duidelijk maakt dat het niet gaat om wat je kunt zien, maar wat je kunt voelen. En helemaal aan het eind, na het applaus nog, doet het hele gezelschap samen met de acteurs het Single ladies-dansje van Beyonce, van wie we leerden dat sexy zijn een kwestie is van attitude.

BH van MC. Gezien 4/3/10 in het MC Theater op het Westergasfabriekterrein. Aldaar t/m 8/3. Tournee t/m 28/5. Meer info op www.mconline.nl

Recensie: ‘La Grande Bouffe’ van TGA en NTG

En weer valt het decor uit de lucht. Regisseur Johan Simons liet het eerder gebeuren in Platform (een berg vuilnis) en in Drei Farben (een auto), dit keer is het een berg in plastic verpakt vlees dat met een klap op het toneel terecht komt.

La Grande Bouffe (‘de grote schranspartij’), de schandaalfilm uit 1973 van Marco Ferreri over vier gegoede mannen die zich letterlijk dood eten, wordt nu op het toneel gezet door Toneelgroep Amsterdam en NT Gent. Voor Johan Simons is het zijn laatste regie in de lage landen voordat hij in september uit België naar Duitsland vertrekt om daar artistiek leider te worden van de Münchner Kammerspiele. Hij laat Nederland achter met een strenge waarschuwing over de functie van kunst, verpakt als verziekte komedie.

Simons dient de zaak op als een reconstructie. De twee vrouwen die bij het bacchanaal een rol spelen, een onderwijzeres (Elsie de Brauw) en een prostituee (Chris Nietveld), zetten de mannen in als zetstukken bij hun terugblik, en de voorstelling begint als de lijken al onder plastic liggen. De vier – een piloot (Jacob Derwig), een televisiepersoonlijkheid (Steven van Watermeulen, grotesk hilarisch), een rechter (Aus Greidanus jr.) en een chefkok (Wim Opbrouck, opvallend ingehouden maar daardoor grimmiger) – verzamelen zich in het buitenhuis van een van hen, kopen de meest exquise ingrediënten en gaan eten tot ze erbij neervallen. Seks is broodnodig en zo komen de vrouwen in het spel. Psychologie of motivatie worden niet bijgeleverd.

Al vaker hekelde Simons in interviews de afzijdige houding van het Nederlandse theaterpubliek dat liever amusement ziet dan polemiek, en nu zullen we het krijgen ook. We krijgen wanstaltige neptieten voorgeschoteld, seks tussen de vleeshopen, eindeloze poep en pieshumor en een scène als een ware schetensymphonie. De acteurs blijven hard komedie spelen ook al is het halverwege duidelijk niet meer grappig. Net als in Instinct hanteert Simons een geëxalteerde speelstijl, tegen het schmieren aan, waar mindere acteurs genadeloos mee door de mand zouden vallen. Alle middelen worden ingezet, steeds door de vrouwen geprepareerd op de requisietentafel achterop het toneel, op dezelfde manier als de mannen steeds nieuwe gerechten uit de keuken binnenbrengen.

De voorstelling speelt in een nogal kaal decor, maar heeft een zogenaamd ‘beeldconcept’ van kunstcriticus en curator Anna Tilroe, dat voornamelijk bestaat uit projecties op de achtermuur van min of meer bekende kunstwerken uit de afgelopen eeuw, van Willem de Kooning tot Joep van Lieshout en van Mapplethorpe tot Dumas. Soms zijn de beelden erg illustratief: wordt de chefkok geïntroduceerd, zien we een stilleven met fruit; bij de piloot hoort een (overigens erg mooi) schilderij van een enkel vliegtuigraampje. Dan weer zijn het poëtische associaties of zorgen ze voor contrast, zoals de eindeloze reeks beelden van vrouwen die zich in hun geslacht laten kijken, die een uitgebreid gesprek over eten begeleid.

Sowieso bestaat de tekst voornamelijk uit beschrijvingen van en lofzangen op eten. Recepten en menu’s  worden met erotische wellust voorgedragen, als de kok ruikt aan een van de vele slipjes die de prostituee uittrekt is zijn eerste associatie citroenmerengue. Eten en seks hebben voor deze mannen van positie gewisseld. Ze zijn ook niet zo oud als in de film en minder viriel, bijna fatjes met hun sjaaltjes, hun hoedjes en hun vestjes waarvoor ze elkaar complimentjes geven.

Zo is de link met het consumptiehedonisme makkelijk gelegd. Maar juist de beeldcollage en de copieuze stijl geven aan dat het Simons om meer gaat, namelijk de waarde van kunst zelf. Wij laten ons kunst opdienen om te consumeren, en dat is net zo decadent als deze mannen die zich dood eten. En dat is een inzicht om nog lang op te kauwen.

La Grande Bouffe van Toneelgroep Amsterdam en NT Gent. Gezien 28/2 in de Stadsschouwburg. Aldaar t/m 6/3 en 7 t/m 17/4. Tournee t/m 15/5. Meer info op www.toneelgroepamsterdam.nl

« Vorige pagina
This work is licensed under a Creative Commons Attribution-Noncommercial-Share Alike 3.0 Unported License.
(c) 2024 Simber | powered by WordPress with Barecity