Recensie: ‘Der aufhaltsame Aufstieg des Arturo Ui’ van het Berliner Ensemble

Ook in het theater is retro doorgedrongen. Een van de grootste successen dit afgelopen seizoen was de reprise van de bijna veertig jaar oude opera Einstein on the Beach; Toneelgroep Amsterdam (Othello), Carver (Café Lehmitz) en Het Nationale Toneel (Strange Interlude) hernamen voorstellingen van ruim tien jaar oud. En nu dus het Holland Festival waar dit weekend Der aufhaltsame Aufstieg des Arturo Ui uit 1995 te zien was.

Arturo Ui is stuk van Bertolt Brecht uit 1941, een satirische parabel over de opkomst van Hitler, verplaatst naar de onderwereld van Chicago. Regisseur en schrijver Heiner Müller ensceneerde de voorstelling bij Brechts oude gezelschap, het Berliner Ensemble. Het werd zijn laatste regie: 30 december 1995 stierf hij.

Maar zijn zwanenzang toert nog steeds met succes de wereld over en dat is deels de verdienste van de kil-komische operette die Müller van het stuk maakte, maar vooral van de weergaloze hoofdrolspeler Martin Wuttke.

Het is in de zesde scène dat de reikwijdte van de voorstelling duidelijk wordt. Wuttke speelde Ui tot nu toe als een hijgende hond met een rood geschminckte tong en een Donald Duck-stem: een gemene gangster, maar een overzichtelijk gevaar. In deze scène neemt hij les van een oude toneelspeler (Jürgen Holtz), die bedaard blijft zitten terwijl hij Ui over het toneel dirigeert en hem leert lopen, staan en zitten.

Dan leert Ui spreken, aan de hand van de rede van Antonius in Shakespeare’s Julius Caesar; een geniaal clownsnummer van versprekingen, herhalingen, hakkelen, gierende uithalen en overslaande stem, uitmondend in de bekende hysterisch retorische stijl. Hier zie je iemand die zijn stem vindt en al beseft dat die stem uiteindelijk een veel machtiger wapen zal zijn dan zijn Browning revolver.

De rest van de voorstelling steekt bij deze diabolische Wuttke maar mager af. Het tempo is traag, het demonstratieve spel waarbij ieder gebaar nadruk krijgt voelt zwaar en ouderwets en dat tijdens belangrijke monologen van de acteurs die de equivalenten van Goebbels en Göring spelen hoorbaar gesouffleerd moet worden haalt de vaart er nog meer uit. Dan wordt Arturo Ui museumtoneel van het stoffigste soort.

Het ligt ook een beetje aan de boodschap. Brecht wilde niet alleen Hitler belachelijk maken maar ook aantonen dat zijn opkomst ‘aufhaltsam’ –‘weerstaanbaar’– was. De adel en het bedrijfsleven hebben zijn machtsgreep niet tegengehouden omdat ze dachten baat bij hem te hebben.

In het Nederland van na Fortuyn, waar de Tweede Wereldoorlog als ultieme toetssteen van de moraal hardhandig is afgedankt, voelt Brechts waarschuwing dat “de schoot waaruit dit beest kroop nog steeds vruchtbaar” is weinig relevant. Wat overblijft is een onmodieus griezelsprookje, zij het een met een zeer gedenkwaardige grote boze wolf.

Holland Festival: Der aufhaltsame Aufstieg des Arturo Ui van het Berliner Ensemble. Gezien 21/6/13 in de Stadsschouwburg. Meer info op www.hollandfestival.nl

Rezension: ‘Der gute Mensch von Sezuan’ von der Schaubühne

deutsch,recensies — simber op 17 mei 2010 om 14:37 uur
tags: ,

Was ist denn hier los? Die Regisseurin Frederike Heller inszeniert einen klaren, unterhaltsamen Guten Menschen von Sezuan, in dem sie fragt was es heißt ‘gut’ genannt zu werden, und fast alle deutschen Kritiker setzen die Vorstellung als ‘Veralberung’, ‘Mätzchen’ oder sogar als eine ‘Kasperleshow’ herab.

Am Anfang sieht die Bühne aus, als ob hier ein Konzert statt einer Theatervorstellung stattfinden soll: nur die Instrumente des Postrock Trios ‘Kante’ und einige Stuhle stehen herum. Die Darsteller speilen auf eine weise die ich nur als ‘niederländisch’ umschreiben kann: lässig und locker sprechen sie den Text Brechts, mit ironischer Distanz spielen sie die vielen Doppelrollen des Lehrstücks über die von den Göttern als ‘Guter Mensch’ ausgewählte Prostituierte Shen Te.

Aber die interessante Perspective der Regisseurin zeigt sich in dem Moment, als die drei Götter Sehn Te auswählen und ihr eine große Geldsumme schenken: ein Bühnenportal mit glänzendem Showvorhang senkt sich herab, glitzerndes Silberkonfetti wird gestreut. Als ‘Gute’ ausgesucht zu werden ist offensichtlich nich sehr viel anders als bei Deutschland sucht den Superstar zu gewinnen. Mit diesem Regieeinfall stellt Heller nachvollziehbar Brechts klaren Gegensatz zwischen Gut und Böse in Frage.

Die Kritiker sahen diese Showeffekte nur als oberflächliche Unterhaltung, aber Heller benutzt sie zugleich als Mittel und Zweck. Die drei Stunden sind richtig kurzweilig und geben dabei genugend Stoff zum Nachdenken.

Recensie: ‘Dreigroschenoper’

recensies — simber op 23 april 2009 om 11:30 uur
tags: , , ,

Oorspronkelijk geschreven voor en gepubliceerd op Cultureelpersbureau.nl

Het lijkt een merkwaardige combinatie: de Duitse schrijver en theatervernieuwer Bertolt Brecht –voor wie vorm volgt uit inhoud- en de Amerikaanse theatermaker Robert Wilson – die vorm boven alles stelt, maar Wilson’s Dreigroschenoper, nu vier dagen te zien in Het Muziektheater is een geslaagde overbrugging.

Het verhaal, over de crimineel Mackie Messer en zijn liefjes, wordt in Wilson’s strakke enscenering en beelden van dwingende eenvoud een grotesk circus van normaalgesproken verhulde driften. Het decor bestaat uit niet meer dan een paar sculpturen van tl-buizen en blauw gekleurde achterwand. Soms doen de acteurs niets meer dan van het podium oversteken, zoals in de schitterende openingsscène, waarin de hele dievenbende en hoerenkast voorbij komt, een parade van de onderwereld.

Door de verwijzingen in kostuums en grime naar Charlie Chaplin’s Tramp, Mefisto, Nosferatu en Metropolis plaatst Wilson het stuk radicaal in z’n eigen tijd, het vooroorlogse Duitsland. Overdreven, bijna clowneske mimiek en absurde geluidseffecten zijn vaak geestig, maar laten ook zien hoe besmet de beeldtaal van die tijd is. Er is maar weinig nodig –zwart kostuum, rood licht- om associaties met het nationaal socialisme te krijgen.

Voor het overige kiest Wilson echter nadrukkelijk voor tijdloosheid, maar Brecht’s scherpte prikt toch altijd nog door naar de actualiteit. De zin “Wat is het beroven van een bank vergeleken met het oprichten ervan” kreeg een lach uit de zaal (bij de daaropvolgende zin: “wat is het vermoorden van een mens vergeleken met iemand in dienst nemen” bleef het dan weer stil).

Zonder falen is deze voorstelling niet. De rol van Jenny komt niet helemaal uit de verf, mede door de de wat dunne uitvoering van Angela Winkler. Daardoor krijgt Christina Drechsler als Polly Peachum extra kans om te schitteren. Überhaupt klinkt het negenkoppige orkestje een beetje vlak. En waarom zijn er, als was het een concert, stiltes en black-outs tussen de nummers, zodat het stoperapubliek keer op keer automatisch gaat applaudiseren?

Maar juist de combinatie van de dwingende esthetiek van Wilson en de al even dwingende dramaturgie van Brecht en zijn compaan Kurt Weill zorgt voor prettig soort openheid. Zodat je ineens goed kunt zien hoe de Dreigroschenoper ook maar een moeizame combinatie van melodramatische boulevardopera en politiek pamflet is. Of andere tegenstellingen: de gezongen liefdesverklaring voor de foute man, het kamaradenlied van de misdadiger en de politieagent, de regelmaat in het hoerenbezoek, het imperium van bedelaars. Of de paralellen tussen Mackie Messer en het lijden van Christus. Goddank, een Brecht waarbij je zelf mag nadenken. Een zeldzaamheid.

Dreigroschenoper van het Berliner Ensemble. Gezien 22/4/09 in Het Muziektheater. Aldaar t/m 25/4. Meer info op www.gastprogrammering.nl

Recensie: ‘Baal’ van het Ro Theater

Parool,recensies — simber op 25 maart 2008 om 01:21 uur
tags: , , , ,

Er is veel te bewonderen in Baal, de nieuwe voorstelling van het Ro Theater: de radicale regie van Alize Zandwijk; de durf die spreekt uit de lelijkheid van de vormgeving; en er wordt werkelijk prachtig in gespeeld, met name door de Vlaamse actrice Fania Sorel die de (mannelijke) hoofdfiguur speelt. Maar wat levert het uiteindelijk een saaie, doordreinende voorstelling op.

Baal uit 1919 is een jeugdwerk van Bertolt Brecht, daterend van voordat hij zijn theorie over episch theater had ontwikkeld. In woeste poëzie schetst hij het leven van de dichter Baal, die de regels van de maatschappij aan zijn laars lapt: hij is kunstenaar, dus moet hij volledig vrij zijn. Vrouwen gebruikt hij en daarna dankt hij ze af. De laagste lusten van de mensen om hem heen gebruikt hij voor zijn kunst. Hij is een soort kruising van Karel Appel en John de Mol.

Zandwijk koos voor een groteske speelstijl in combinatie met verheven taal, clowneske humor en een decor vol met troep. Op het podium staan en liggen Chesterfield stoelen, strobalen en een constructie van een ladder en een hangende boomstam. Steeds valt er een effen gekleurd doek, om erachter een nieuw doek zichtbaar te maken. Totdat het tegen het eind het laatste doek valt en de grimetafeltjes van de acteurs te zien zijn, waarachter ze zich klaarmaken voor hun volgende dubbelrol.

Het hele acteursensemble is vol overgave aan het werk. Ze beginnen als bourgeois types die een voordracht van Baal “subliem” vinden, terwijl ze zelf te kakken worden gezet, maar gaandeweg maken ze zichzelf smeriger en lelijker, en wordt de voorstelling een hels carnaval. Hannah van Lunteren valt op in rollen van springerig meisje tot verlopen sloerie en Gijs Naber, die tot nu toe voornamelijk bekend is als komediant, laat zien dat hij ook serieuze rollen aan kan. Ook de andere acteurs geven blijk van een weldadig gebrek aan glamour.

Het probleem is dat je echter met geen van de personages kunt meevoelen. Dat zou nog niet zo erg zijn –Brecht zelf streefde tenslotte naar theater dat inzicht bood in plaats van medelijden- als de voorstelling meer dynamiek zou hebben. Alles heeft echter hetzelfde tempo en dat gaat al snel vervelen. Misschien ligt het aan de vertaling. De poëzie van Baal waar de voorstelling op drijft biedt geen enkel raakvlak met de moderne tijd. Dat maakt deze Baal historiserend en daarmee eigenlijk net zo vervelend als de huidige Moeder Courage van Joop van den Ende, de mooie, stoere hoofdrol van Sorel ten spijt.

Baal van het Ro Theater. Gezien 22/3/08 in Rotterdam. In Amsterdam (Stadsschouwburg) 1 en 2/5. Tournee t/m 17/5. Meer info op www.rotheater.nl

This work is licensed under a Creative Commons Attribution-Noncommercial-Share Alike 3.0 Unported License.
(c) 2024 Simber | powered by WordPress with Barecity