Van den Vos van FC Bergman

Een levend bos, een overstromend zwembad en een moordaanslag in de koninklijke loge. De voorstellingen van het Vlaamse collectief FC Bergman zijn altijd groots, beeldend en spectaculair. Deze week verbouwen ze de Stadsschouwburg voor hun nieuwste voorstelling, Van den Vos, over het beest in de mens. “Het had nóg groter gemoeten”

Drie weken staat de voorstelling in de Antwerpse Bourla-schouwburg en elke avond is stijf uitverkocht. Na eerdere sensatievoorstellingen als 300el x 50el x 30el en de Terminator trilogie heeft de jonge groep FC Bergman een eigen publiek opgebouwd en raakte ze vast verbonden aan Het Toneelhuis, het grote Antwerpse gezelschap onder leiding van Guy Cassiers. Het stelde ze in staat om nog grootschaliger te werken: Van den vos is bijna een opera, met speciaal gecomponeerde muziek, filmscènes en een cast vol Vlaamse grootheden.

Ieder kind kent Van den vos Reynaerde vooral als vrolijk dierenverhaal, maar het Middeleeuwse epos, dat waarschijnlijk alleen nog gelezen wordt door studenten Nederlands, staat vol moord, misdaad en listige verdediging. Koning Nobel, die de misdaden van Reinaard probeert te stoppen, blijkt niet opgewassen tegen de listige streken van de vos.

Het idee voor de voorstelling kwam van componiste Liesa van der Aa, die een opera over Reinaard wilde maken. “Wij hebben eerder klassieke verhalen voor het theater bewerkt, dus het idee sprak ons aan”, vertelt acteur Stef Aerts na afloop van een van de voorstellingen. “Maar opera maken is niet ons vak. We hebben er nu filmisch muziektheater van gemaakt.”

De vijf theatermakers van FC Bergman bewerkten het verhaal stevig. “De grootste aanpassing is dat wij de vos van alle menselijkheid ontdaan hebben”, zegt Aerts “In de fabel staat hij, net als alle andere dieren, voor bepaalde menselijke eigenschappen. Voor ons is hij een idee, een figuur uit de bossen achter de glazen wand.”

Aerts refereert aan de doorzichtige wand in het decor, waarvoor de hele schouwburg grondig verbouwd is. De stoelen in de zaal zijn verwijderd en vanaf de balkons kijkt het publiek op een enorme stenen vloer met een zwembad. Het podium zelf ligt verscholen achter glas; pas als het licht aan gaat zie je dat er op het toneel een enorm bos is neergezet.

Ondanks de enorme afmetingen is Van den vos geen mythisch verhaal, benadruk Aerts: “We duiken in het hoofd van één figuur, de wolf Ysengrym (gespeeld door Dirk Roofthooft). Hij is een soort eerste minister of hofmaarschalk die zichzelf de opdracht heeft gesteld om de vos te vangen.” Gedurende de hele voorstelling word Roofthooft gevolgd door een een cameraman met steadycam. Aerts: “We maken grote beelden, maar het is allemaal te herleiden tot wat er omgaat in het hoofd van de Wolf. Want wat kan er wel allemaal niet in het koppeke van zo’n klein mens.”

Maar past die schaal nog wel bij zo’n psychologische benadering? “Het had nog veel groter gemoeten. Veel van wat er in zijn hoofd omgaat, komt eruit in beelden, het lijkt ook meer op film.”

Naast de live-opnames speelt film een grote rol in de voorstelling. Een paar keer verdwijnt de cameraman al filmend in het bos op het podium en zijn we ineens op magische wijze in een ruig landschap aan zee. Samen met de muziek van Van der Aa en het Berlijnse ‘solistenensemble’ Kaleidoskop zorgt het voor een vervreemdende, beklemmende ervaring.

Aerts: “We gaan nooit meer zo lang aan een voorstelling werken. We hebben er twee jaar intensief aan gewerkt, met het idee dat we nu eindelijk genoeg tijd zouden hebben om alles op tijd af te krijgen. Maar we hebben nog nooit een voorstelling gemaakt die zo kort voor de première af was.”

Van den Vos van FC Bergman, 16 t/m 18/1 in de Stadsschouwburg. www.fcbergman.be

Recensie ‘Musil marathon: De man zonder eigenschappen I, II, III’ van Het Toneelhuis

Toneel om bij na te denken ­– het is een zeldzaamheid, zeker in Nederland. Het weldadige bad van fonkelende aforismes, gevaarlijke conversaties en prikkelende beelden dat minstens twee uur van de zogenaamde Musil marathon biedt is dan ook weldadige theaterervaring. Een ideale voorstelling zelfs, ware het niet voor die andere helft.

Bijna tien jaar geleden begon de Vlaamse regisseur Guy Cassiers aan de toneelbewerking in vier delen van Op zoek naar de verloren tijd van Marcel Proust, dit weekend presenteerde hij zijn visie op die andere buitensporig omvangrijke Europese roman: De man zonder eigenschappen van de Oostenrijkse schrijver Robert Musil.

Musil schreef een panorama van het Oostenrijk-Hongarije van vlak voor de Eerste Wereldoorlog. De hoofdpersoon Ulrich, eigenschaploos, maar vooral een man zonder overtuigingen, bekijkt het verval van het keizerrijk met cynische afstand. Via familierelaties komt hij terecht in een comité dat een zinloos evenement van nationalistische eenheid moet organiseren en tegelijk heeft hij een intieme, melancholieke, tegen incest aanschurende relatie met zijn zuster.

Cassiers trekt in de eerste twee delen deze twee verhalen uiteen. Vooral het politieke deel is weergaloos, een eindeloze hoeveelheid prachtige, actuele aforismes –waarin de multi-etnische lappendeken van het vooroorlogse Oostenrijk al te gemakkelijk te vergissen is met de Europese Unie van vandaag–  met het juiste aplomb geplaatst door geweldige spelers als Vic de Wachter, Wim van der Grijn en Gilda de Bal. Musils formele, wijdlopige zinnen klinken nog naar drukletters, maar de acteurs weten er een imposant taalbouwwerk mee te maken.

Het decor bestaat zoals altijd bij Cassiers uit projecties, dit keer gebruikt hij dunne lamellen en kleine vlakken in verschillende lagen achter elkaar als projectiescherm, wat een prachtig speels en voortdurend bewegend effect heeft. De spelers fluisteren hun teksten in zendmicrofoons, wat samen met de projecties een streng, maar ook onverbiddelijk subtiel toneelbeeld geeft.

Passie heeft in de cerebrale esthetiek van Cassiers weinig plek, maar het deel over de liefde is toch pijnlijk en een tikje hoopvol door het spel van Tom Dewispelaere en Liesa Van der Aa. Alle personages dragen steeds kostuums met tuigjes, windsels en barokke kettingen en gespen. Ze harnassen zichzelf tegen de omwenteling die onvermijdelijk is en die alles waar ze over theoretiseren weg zal vagen.

Maar goed, dan volgt na zo’n vijf uur toneel nog een derde deel. Hiervoor schreef de Vlaamse schrijver Yves Petry een nieuwe tekst, waarin hij Musil zelf op het toneel zet, samengevoegd met één van zijn personages, de moordenaar Moosbrugger (Johan Leysen) en een slachtoffer van hen beiden (opnieuw Van der Aa). En hier zakt heel het bouwwerk in. Hier wordt de schrijver de maat genomen in een banale psychologisering en trivialisering van zijn denken en zijn wereldbeeld. En daarmee doet het de zo zorgvuldig opgebouwde intellectuele constructie bijna teniet. Bijna. Want die twee uur denktheater neemt niemand je meer af.

Holland Festival: Musil marathon: De man zonder eigenschappen I, II, III van Het Toneelhuis. Gezien 24/6/12 in de Stadsschouwburg. Meer info op www.hollandfestival.nl

This work is licensed under a Creative Commons Attribution-Noncommercial-Share Alike 3.0 Unported License.
(c) 2024 Simber | powered by WordPress with Barecity