Recensie: Goal van MC

Parool,recensies — simber op 24 oktober 2008 om 00:18 uur
tags: , , ,

Het leek een wisseling van de wacht. Het Compagnietheater, vooralsnog het thuishonk van het eerbiedwaardige teksttoneel van Theu Boermans, herbergde gisteravond twee dj-sets, een interactief decor en een gekleurd publiek. MC, het nieuwe gezelschap dat voortkomt uit een fusie van de vooraanstaande multiculturele theatergroepen Cosmic en Made in da Shade, wordt in het nieuwe kunstenplan het tweede gezelschap van de stad en Boermans’ Theatercompagnie verliest zijn subsidie. Maar MC’s eerste grote voorstelling Goal weet de hooggespannen verwachtingen vooralsnog niet waar te maken.

Schrijver John Serkei schreef een stuk over de voetballer Garra, die net met zijn Spaanse club de wereldcup heeft gewonnen. Hij staat op de top van zijn roem, heeft houvast aan zijn Surinaamse roots, maar zijn wantrouwen in de bedoelingen van de mensen om hem heen drijft hem naar de afgrond. Serkei verwijst in zijn tekst naar Shakespeare’s Othello en King Lear, maar zijn personages zijn te clichématig –de uit de klei getrokken voetbalcoach, de blonde voetbalvrouw, de hosselende manager- en hij weet de taal van de voetballerij maar niet goed te vatten.

Het decor bestaat uit beweegbare kolommen met witte vlakken. Het levert een dynamisch beeld op, vooral in combinatie met de projecties van gezichten in veelvoud. Maar het is moeilijk te rijmen met de hippe retrostijl van de kostuums (tshirts van jaren tachtig televisieseries) en de new jack swing soundtrack.

De acteurs lijken ook niet overweg te kunnen met de grote dramatiek, het wordt te vaak opzeggerig of schreeuwerig. Gelukkig kennnen de voorstellingen van regisseurs Marjorie Boston en Maarten van Hinte altijd veel onderbrekingen en solo’s, zodat we kunnen zien waar de kwaliteiten van de spelers dan wèl liggen. Comedian Howard Komproe die even een achteloze act doet, een lied van zangeres Senna, een schaamteloze arrenbie uitvoering van een liedje van Nirvana door Monique van der Werff, een solo van DJ All Star Fresh, of een gezamelijk a capella optreden. Het is allemaal niet perfect, maar het is ontspannen en komt dicht bij het publiek. Dit soort showstoppers zijn vaak storende factoren die het verhaal ophouden, hier lijkt het andersom.

Goal van MC. Gezien 23/10/08 in het Compagnietheater. Aldaar t/m 25/10, op het Westergasfabriekterrein 18/11 – 22/11. Tournee t/m 20/12. Meer info op www.mconline.nl

Recensie: De Grote Verkiezingsshow van Het Zuidelijk Toneel

Na een moeizame periode bij de start van zijn artistiek leiderschap bij Het Zuidelijk Toneel keert Matthijs Rümke terug naar het terrein waar hij zijn naam vestigde: een luchtige combinatie van cabaret en toneel, prikkelend moralistisch, zonder heel erg intellectueel te worden.

De Nederlandse Staat en de Europese Unie klagen het doorsnee gezin  Alleman aan wegens “verwaarlozing van hun democratische burgerplichten”. Rümke en schrijvers George van Houts en Tom de Ket (in het dagelijks leven cabaretduo) willen het hebben over de rol van de burger in de kloof tussen burger en politiek. Pa Alleman heeft altijd de politieke waan van de dag gevolgd, Ma stemt zonder na te denken hetzelfde als haar vader altijd deed, de hyperrationele dochter bestudeert alle programma’s maar kan geen partij vinden die haar volledig overtuigd en de wild bedreadlockte zoon is tegen het systeem: “Alleen maar maskerade voor het grootkapitaal”.

De voorstelling is een vrolijk rechtbankdrama, met aanklagers, advocaten en journaallezer Philip Freriks alternerend met Harmen Siezen als rechter. Getuigen zijn er ook: via een onduidelijk proces dat iets van doen heeft met DNA en quantummechanica worden historische figuren als Thorbecke, Freud en Hitler opgeroepen. De vorm werkt verbazend goed.  Dat komt vooral door de uitstekende spelers. Raymonde de Kuiper en George van Houts slaan zich enthousiast door de verwijzingen naar Verdonk en Agnes Kant heen, en maken de superflauwe woordspelingen (“Ik vind dit maar een kromme rechtszaak”) bijna leuk.

Daartegenover weet José Kuijpers als moeder Alleman haar personage onverwachte emotionele diepte mee te geven. Maar het is Philip Freriks die met zijn goedmoedige gravitas, zijn improvisatievermogen en zijn onweerstaanbare combinatie van ijdelheid en zelfspot het natuurlijke zwaartepunt van de voorstelling vormt. Ook altijd lachen: de deftige journaallezer die ‘Kut!’ zegt.

Toch slaagt de voorstelling niet helemaal. Natuurlijk krijgt het publiek de rol van jury, maar waarom moet er dan zo’n ongeloofwaardige ‘vrijwilliger’ tot juryvoorzitter worden gebombardeerd? Bovendien snak je als publiek naar een moment waarop het rappe tempo en het hoge energieniveau even worden doorbroken.

Aan het eind verlost rechter Freriks ons van onze jurytaak. Het proces wordt morgen herhaald. Met een machtige toespraak ‘Ik geloof in dit volk’ toont hij zijn vertrouwen in burgerschap, verantwoordelijkheid en oog voor het algemeen belang. Het is bijna zin voor zin gejat van Obama. Uiteindelijk blijft het vooral een show, die dezelfde verleidingstactieken inzet die de makers bij politici afkeuren.

De grote verkiezingsshow van Het Zuidelijk Toneel. Gezien 18/10/08 in Eindhoven. Tournee t/m 20/12, in Amsterdam (Stadsschouwburg) 3/11. Meer info: verkiezingsshow.hzt.nl

Positief advies, geen geld, protest

cultuurbeleid,nieuws,Parool — simber op 15 oktober 2008 om 00:41 uur
tags: , , , ,

Acht kunstinstellingen gaan de gemeenteraad inschakelen in hun protest tegen Wethouder Carolien Gehrels van cultuur. De acht, waaronder dansgroepen Anoukvandijk en Emio Greco en theatergroepen Discordia en Zep kregen van de Kunstraad een positief advies, maar krijgen geen geld van Gehrels, zo staat te lezen in het concept Kunstenplan dat de wethouder vorige week presenteerde.

Het komt wel eens voor dat instellingen die een negatief advies kregen van een adviesraad toch geld krijgen. Een bestuurder kan ‘politieke redenen’ noemen om een instelling toch te honoreren, en dat is precies wat Gehrels deed in het geval van o.a. het Rozentheater, De Waag, Festival Over het IJ en het Filmmuseum. Maar het omgekeerde, een zogenaamde “negatieve correctie”, is een unicum. Het komt eigenlijk niet voor dat instellingen geen geld krijgen na een positief advies.

Gehrels verdedigde haar keuze met het argument dat zij teruggrijpt op de oorspronkelijke verdeling van verantwoordelijkheden tussen rijk en gemeente: het rijk zorgt voor producerende gezelschappen, Amsterdam voor de theaters.

Maar dat argument is onzin, stelde Kunstraadvoorzitter Bert Janmaat vorige week al in NRC Handelsblad: “Als zij geen nieuwe groepen wil toelaten, had ze dat vooraf moeten zeggen. Niet nadat iedereen zijn aanvraag heeft ingediend, en de Kunstraad zich er al over heeft uitgesproken.” Daarbij kan Gehrels niet klagen over geldgebrek. Ze heeft juist vier miljoen euro extra voor de kunst uitgetrokken.

Bovendien is de uitspraak van de wethouder inconsequent, zeggen de acht groepen nu in een brief aan de commissie Kunst en Cultuur van de gemeenteraad. Er zijn namelijk andere producerende instellingen die wél geld krijgen, en flink veel ook, zoals Toneelgroep Amsterdam (dat 3,3 miljoen krijgt – twee ton meer dan de Kunstraad adviseerde), Het Nationale Ballet, MC, of Theater het Amsterdamse Bos. Nog vreemder is dat de wethouder een aantal producerende instellingen wil redden die van de Kunstraad een onvoldoende kregen, zoals het ASKO/Schönberg Ensemble en het Handtheater. Waarom is het rijk daar ineens niet verantwoordelijk voor?

De protesterende instellingen hebben afgelopen maandag tijdens een hoorzitting hun bezwaren naar voren gebracht. Op 30 oktober behandelt de raadscommissie Kunst en Cultuur het concept kunstenplan.

Het conflict van de bestuurder met de adviesorganen lijkt een trend. Eerder sloegen in Rotterdam de stoppen door toen de Raad voor Kunst en Cultuur adviseerde om de subsidie voor de Kunsthal en het Gergiev Festival stop te zetten en de wethouder dat advies direct ongedaan maakte. En vorige maand nog bekritiseerde minister Plasterk de Raad voor Cultuur omdat die zich in de huidige adviesronde teveel als lobbyclub voor de kunstsector had gedragen.

Recensie: Zoom van Theater Adhoc

Parool,recensies — simber op 14 oktober 2008 om 23:33 uur
tags: ,

“Als je op de middelbare school leert dat iets niet kan, betekent dat meestal dat het wel kan, maar dat het heel moeilijk is.” Natuurkundige Kobus Kuipers kreeg te horen dat licht altijd met een vaste snelheid beweegt en niet langzamer kan dan driehonderdduizend kilometer per seconde. Daarom doet hij in zijn laboratorium in de Watergraafsmeer nu het onmogelijke: licht vertragen.

Kuipers vertelt over zijn onderzoeksgebied nanofotonica als inleiding op de voorstelling Zoom van Theater Adhoc, een theatergroep die de natuurwetenschap als inspiratiebron gebruikt. En die inleiding is nodig ook, want de voorstelling is zo vaag en gewild kunstzinnig dat je blij bent om te weten dat er nog een concreet onderwerp aan ten grondslag ligt.

Op het podium staan de cymbalen en belletjes waarop een muzikant met een strijkstok ijle klanke produceert. Aan het plafond hangt een object van samengepropt spiegelend folie, waar gefragmenteerd licht vanaf komt. Regisseur en verteller Jan van den Berg –een soort beta-versie van André Rieu met een vierkante bril- beschrijft het pad van het licht door het nanokristal dat de fotonen stil zet, maar al snel verzandt hij in poëtische bespiegelingen over toeval en samenkomen. Scènes met de vertellende Van den Berg worden afgewisseld met een danseres, die in repeterende vormen over de grond in rondjes beweegt. Is zij het licht, gevangen in het kristal? Het gaat maar door,  zonder ontwikkeling of samenhang.

Lichtontwerpster Yvon Muller en videokunstenares Hannie van den Bergh bedachten enkele aardige effecten –strepen en cirkels licht die worden aangestuurd door de klanken van de muzikant, voorbeelden van reflectie en refractie met spiegels en een glazen fles- maar het blijft te weinig theatraal.

Het is te prijzen dat Theater Adhoc, in tegenstelling tot veel collega theatermakers die wel eens iets met wetenschap doen, daadwerkelijk geïnteresseerd zijn in de ingewikkelde materie en dat ze op hun website en rondom hun voorstellingen veel achtergrondinformatie aanbieden. Maar mensen die denken dat wetenschap onbegrijpelijk en saai is zullen bij het zien van de voorstelling hun vooroordelen bevestigd zien. In zijn inleiding is Kuipers terughoudend om te praten over het nut van zijn onderzoek: “Ik vind het in de eerste plaats leuk om te doen.” Die lol mist nog het meest in Zoom.

Zoom van Theater Adhoc. Gezien 14/10/08 in Bellevue. Tournee t/m 12/12. Meer info op www.theateradhoc.nl

Recensie: Ifigeneia in Aulis van Toneelgroep Amsterdam

Ook op het toneel wordt ons beeld van wat oorlog is voornamelijk bepaald door het Amerikaanse leger. Het decor van de nieuwe voorstelling van Toneelgroep Amsterdam bestaat uit rijen plastic poppen –een soort crash test dummies met dogtags– in een stofvrij magazijn. Vooraan een mobiel commandocentrum, een klein huisje op palen zoals je dat vaak naast ambassades ziet. Clean maar dodelijk efficiënt wapentuig, klaar voor actie.

TGA heeft al een aantal jaar een samenwerkingsverband met het American Repertory Theatre uit Boston. Eerder maakten de twee groepen Hemel boven Berlijn, nu komt artistiek leider Robert Woodruff naar Nederland om Ifigeneia in Aulis te maken, de klassieke tragedie van Euripides. Het is een nogal onevenwichtige voorstelling geworden waarin de verschillende elementen van Woodruff’s regie maar geen geheel willen vormen en het aan de fantastische acteurs van het Amsterdamse ensemble is om de zaak te redden.

Ifigeneia is de dochter van Agamemnon (opvallend zwaarmoedig gespeeld door Roeland Fernhout), bevelhebber van het Griekse dat op weg is naar Troje. De vloot ligt echter stil in de baai van Aulis; er is geen wind. Een orakel zegt dat alleen het offeren van Ifigeneia door haar vader de goden gunstiger kan stemmen. Agamemnon laat zich meeslepen door de eigen logica van de oorlog en laat zijn dochter onder een vals voorwendsel naar het legerkamp komen, vergezeld van haar moeder Klytaimnestra.

Chris Nietveld’s Klytaimnestra is een kruising tussen koningin Fabiola van België en Liz Taylor ten tijde van Virginia Woolf. Met haar lakjas en haar plissee jurkje past zij op geen enkele manier bij de oorlogsmachine. Pas als zij halverwege de voorstelling achter de werkelijke beweegredenen van haar man komt en met hem de confrontie zoekt krijgt de voorstelling spanning en gevoel. Na haar recente Theo d’Or winst voor Romeinse Tragedies speelt Nietveld wederom een grootse rol, waarin diep drama en een lichte toets wonderwel samengaan.

Verder blijft de voorstelling merkwaardig vormelijk. Wellicht heeft dat te maken met de tamelijk zakelijke vertaling van Gerard Koolschijn die niet zo goed past bij de heftig emotionele stijl van het huidige gezelschap onder Ivo van Hove.

Het koor, dat de volgens de regels van de klassieke tragedie tussen de scènes door de handeling becommentarieert, zingt de teksten in het oud-Grieks op electronische klanken van componist Gene Carl. Het blijft een fremdkörper in de voorstelling. De muziek klinkt ingeblikt en de vijf zangeressen –verbonden aan Opera Studio Nederland- hebben te weinig présence tussen de toneelkanonnen.

Daar heeft Marwan Kenzari geen last van. Deze jonge acteur maakt op enthousiaste wijze zijn debuut in de grote zaal. Met zijn sterke aanwezigheid en soepele tekstbehandeling zal hij vanaf volgend seizoen wanneer hij een vaste aanstelling krijgt een welkome aanvulling vormen in het tableau van TGA.

Het moeilijkste deel van het stuk zit kort voor het eind. Ifigeneia –een jong meisje dat tot dan toe bang is voor de dood- besluit ineens dat ze wíl sterven. Het leidend voorwerp eist ineens de hoofdrol op. Dat is een raadselachtige omslag en geen regisseur ontkomt eraan om hier een duidelijke reden voor te geven. Kiest ze de dood uit plotseling doorbrekend plichtsbesef, puberale grootheidswaanzin of romantisch nationalisme? Een heldere keuze blijft uit en dat maakt deze voorstelling stuurloos. Het is te prijzen dat Karina Smulders in de titelrol desondanks enkele zeer mooie scènes neerzet.

Overigens is dit niet de eerste voorstelling van een gastregisseur bij Toneelgroep Amsterdam die zo slecht uit de verf komt. Voorstellingen van Pierre Audi, Theu Boermans en Gerardjan Rijnders haalden de afgelopen jaren bij lange na niet het niveau van die van artistiek leider Ivo van Hove. Dat is niet onlogisch –Van Hove zit op een uitzonderlijke creatieve piek en hij zet het gezelschap zoveel mogelijk naar zijn hand-, maar een beetje zorgelijk is het wel.

Ifigeneia in Aulis door Toneelgroep Amsterdam. Gezien 12/10/08 in de Stadsschouwburg. Aldaar nog 14-15/10, 18-28/11 en 27-31/2/09. Tournee. Meer info op www.toneelgroepamsterdam.nl

Recensie: Bergen van Toneelschuur Producties

Parool,recensies — simber op 10 oktober 2008 om 13:04 uur
tags: , , , , ,

Ze zien eruit als verlopen superhelden, de drie acteurs uit Bergen. Bram Coopmans draagt een strak fluoriserend groen schaatspak; Lard Adrian heeft een houten zwaardje en knie- en scheenbeschermers; en Ali Ben Horsting draagt een rugzak over zijn blote bast. Maar hun haar is grijs. De drie acteurs, in de kracht van hun leven, spelen drie oudere vrienden op hun jaarlijkse gezamelijke uitstapje. Maar hun vriendschap valt uit elkaar, net als hun jeugd.

De keuze viel dit jaar op Noorwegen en de filmpjes van de drie acteurs die achterin het decor -een  soort enorme flightcase met een langwerpige uitsparing- worden geprojecteerd tonen vaak ongenaakbare natuur met nietige mensen. Ze praten veel, erg veel over de teloorgang van hun lichamen en van hun idealen, de cholerische Beer, de altijd optimistisch gebleven Silo en de passieve Chres. “We zijn drie versleten dieren die bij elkaar schuilen in de stal.” Er is ook ruzie, maar het is niet zo duidelijk waarom.

Bergen is een nieuwe tekst van Rob de Graaf, op maat geschreven voor de drie acteurs en regisseur Erik Whien. Whien maakte anderhalf jaar geleden met dezelfde spelers het prachtige Narziss & Goldmund. Daarin maakte Whien de theatersituatie op intelligente wijze expliciet: drie saaie bibliothecarissen vonden een kinderlijk enthousiasme in het navertellen van het boek van Hesse, waarbij hun fysieke spel net zo belangrijk was als de tekst.

Het probleem met de huidige voorstelling is dat de de acteurs, die alledrie zo sterk zijn in lichamelijk spel, nu te zeer zitten opgesloten in de grote berg tekst. Ben Horsting kan er het beste mee overweg. Zijn personage Silo wilde hierheen komen om een bijzondere meteorenregen te zien, die natuurlijk vervolgens uitblijft. (Overigens lijkt die zoektocht naar ruimtegruis en zelfinzicht in Noorwegen een duidelijke verwijzing naar Nooit meer slapen van Hermans, maar dit wordt verder niet uitgewerkt.)

De teksten van De Graaf zijn altijd abstract en hebben geen spannend verhaal. Het is dus aan de regisseur om in die tekst het drama te zoeken, en daarin is Whien te weinig geslaagd. Bergen is onderhoudend, maar niet veel meer.

Bergen door Toneelschuur Producties. Regie Erik Whien. Gezien 8/10/08 in Haarlem, tournee. Te zien in Amsterdam (Bellevue) 20/11 t/m 23/11. Meer info op www.toneelschuur.nl

Recensie Sexappeal van Mugmetdegoudentand en Bellevue Lunchtheater

Zijn ze door of zijn ze niet door? Drie acteurs zitten in de wachtkamer bij de auditie voor de rol van hun leven. Maar gaat het nou over de personages of over de acteurs zelf? Hanneke Groenteman, Marcel Musters en Beppe Costa spelen in de aardige nieuwe Bellevue Lunchtheatervoorstelling allemaal min of meer zichzelf. Helemaal aan het begin worden ze door een voiceover nog even genadeloos neergezet als respectievelijk publiekstrekker, dikzak en ongevaarlijke vrouwengek. Alledrie de spelers voeren een tamelijk publieke strijd met overgewicht.

Het was Musters die Groenteman tijdens een etentje (wanneer anders) vroeg om samen een voorstelling te maken, en de presentatrice maakt in Sexappeal haar acteerdebuut. Joan Nederlof maakte op basis van de acteursimprovisaties een tekst over erkenning en obsessies en nieuw Mugmetdegoudentand-lid Lineke Rijxman regisseerde.

De drie spelen ongeveer zichzelf, met enkele uitvergrote trekjes. Costa oefent de meest vervelende openingszinnen op Groenteman die zelf een obsessie heeft met Audrey Hepburn, Musters speelt met een naakte handpop met een enorme bierbuik. Af en toe verdwijnt een van de drie door een deur naar ‘de jury’ (hoewel het soms ook een medische keuring lijkt) om even later juichend danwel gebroken terug te keren.

De aankleding wordt steeds absurder. Groenteman begint als ouwelijke pop in een petticoat en een wit bloesje, maar krijgt later een dik blootpak aan, Costa komt op in drag en Musters wordt een zak patat. Groenteman blijft goed overeind naast de twee ervaren podiumdieren. Haar stoïcijnse blik is geestig en op het toneel houdt ze die speciale aantrekkingskracht (de X-factor, schijnt dat tegenwoordig te heten) die haar op televisie ook zo naturel maakte.

Af en toe is het alleen nog een beetje te gezellig op het podium. De voorstelling zal gedurende van de speeltijd waarschijnlijk nog wat harder en venijniger worden, zodat de eindconclusie dat je je niet zoveel moet aantrekken van al die jury’s wat beter aankomt. Met dit commentaar mogen ze zeker door naar de volgende ronde. In april en mei speelt gaat de voorstelling avondvullend op tournee.

Sexappeal, lunchpauzevoorstelling van Mugmetdegoudentand. Gezien 9/10 in Bellevue. Aldaar nog t/m 26/10. Meer info op www.mugmetdegoudentand.nl.

This work is licensed under a Creative Commons Attribution-Noncommercial-Share Alike 3.0 Unported License.
(c) 2024 Simber | powered by WordPress with Barecity